Verbaal geweld

Parochianen, van u allen hier –
zo sprak hij om tot geven aan te sporen –
wil ik van munten geen gekletter horen.
Ik wil vandaag het ritsel’n van papier.

In zijn theater onder Gods banier
gedroeg hij zich tevree en uitverkoren.
Er ging in hem een groot acteur verloren;
de kleine celibate provenier.

Vervolgens gaat zijn priemend blikken naar
waar boeren, goed in ’t pak en welgesteld
omdat het land in oorlog was, elkaar
begluren of zij meer papieren geld
in handen hebben voor een gul gebaar.
Hoe ogen spreken, na verbaal geweld.